In 72 landen is homoseksualiteit strafbaar. In 11 landen staat op homoseksualiteit de doodstraf. Nigeria is een van die landen. Toch dreigt de IND ‘Happy’, die vanwege haar geaardheid Nigeria ontvluchtte nu terug te sturen omdat ze ‘niet gay genoeg’ zou zijn. Dat is des te opmerkelijker omdat Happy eerder dit jaar in het nieuws kwam. Tijdens een bezoek aan haar vriendin in een AZC werd ze door landgenoten overgoten met kokend water. De reden: homohaat. Hoe kan het dat een zwarte lesbische vrouw met een affectieve relatie die vanwege haar geaardheid vervolgd en zwaar mishandeld is niet aan de IND-standaard voldoet?
LHBTI’ers kunnen in Nederland sinds de jaren ‘80 asielaanvragen op grond van hun geaardheid. Volgens het Vluchtelingenverdrag hebben mensen die tot een vervolgde ‘sociale groep’ behoren recht op asiel. Op 18 augustus 1981 erkende de Raad van State dat personen die wegens hun geaardheid vervolgd worden tot een vervolgde sociale groep behoren. Het liep overigens niet echt storm met de nieuwe asielmogelijkheid. Tussen 1981 en 1990 werden er slechts drie LHBTI-asielzoekers op grond van hun geaardheid toegelaten. Dat had er alles mee te maken dat niet snel erkend werd dat men werkelijk vervolgd werd wegens een geaardheid. Na de val van de muur werd bijvoorbeeld aangenomen dat nu de communistische regimes vertrokken waren de situatie voor LHBTI’ers veilig was.
Het beleid van de IND was dat van LHBTI’ers verwacht mocht worden dat ze hun gedrag zouden aanpassen. Als je je niet gay gedraagt is het risico op vervolging niet zo groot en als je niet vervolgd werd had je geen recht op asiel. Dat beleid leidde in 2010 tot een rechtszaak tegen de IND. Drie asielzoekers de volgens de IND terug konden naar hun land van herkomst als ze daar terug de kast in gingen legden aan de Raad van State de vraag voor of je zo’n eis wel mag stellen. Na prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie volgde op 18 december het verlossende woord: de vraag of iemand vervolging kan ontlopen door terug de kast in te gaan mag geen rol spelen bij de beoordeling van de asielaanvraag.
Voor een grote verbetering van het beleid zorgde de uitspraak niet omdat in de beoordeling van de asielaanvraag van nogal stereotype opvattingen over homoseksualiteit werd uitgegaan. Voldeed een asielzoeker niet aan dat (Westerse) stereotype beeld dan werd het asielrelaas ongeloofwaardig gevonden. Ook hierover tikte de Raad van State de IND en de bijbehorende staatssecretaris op de vingers in een uitspraak van 8 juli 2015.
Beterschap werd onder andere naar aanleiding van een motie uit 2017 beloofd maar bleef uit. Nog steeds is er stevige kritiek op de wijze van beoordeling van het asielrelaas door de IND. Er is onvoldoende aandacht voor het feit dat het voor veel LHBTI-asielzoekers nog lang niet zo eenvoudig is direct een geloofwaardig verhaal te vertellen. De redenen daarvoor zijn veelzijdig. Er bestaat vaak een groot wantrouwen ten opzichte van autoriteiten. In het land van herkomst zijn het immers deze autoriteiten die LHBTI’ers vervolgen. En ook de aanwezigheid van een tolk die uit dezelfde cultuur afkomstig is kan een asielzoeker terughoudend maken over een geaardheid te spreken omdat die geaardheid in de eigen cultuur afgewezen wordt. Daar komt nog bij dat de wijze waarop LHBTI’ers hun geaardheid ontdekken en beleven lang niet overal hetzelfde is als in het Westen.
Binnen deze context vechten ‘Happy’ en ander LHBTI-asielzoekers voor hun recht om in Nederland te blijven. Happy is Nigeria ontvlucht en vervolgens in Nederland, in een AZC, vanwege haar geaardheid ernstig mishandeld door landgenoten. Of de IND haar relaas nu gelooft of niet, dat zijn de feiten. En die feiten zijn (inmiddels) ook in Nigeria bekend, het land waar ‘Happy’ het risico loopt vanwege haar geaardheid vervolgd en zelfs gedood te worden. Als Happy niet ‘gay genoeg’ is en recht heeft op onze bescherming, wie dan wel?